Pilot OM en NFI met private DNA-databanken voor oplossen cold cases

Het OM en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gaan gebruik maken van genealogische DNA-databanken voor het oplossen van volledig vastgelopen ernstige strafzaken, in de hoop een doorbraak te forceren.

Binnenkort start een pilot waarin die opsporingsmethode ingezet gaat worden in twee cold casezaken maar voor het zover is, wordt deze opsporingsmethode nog wel voorgelegd aan de rechter-commissaris.

Verwantschapsonderzoek met gebruik van (private) genealogische DNA-databanken kan uitkomst bieden wanneer alle beschikbare opsporingsmiddelen niet hebben geleid tot een doorbraak in de zaak. Het betreft zaken waarin DNA beschikbaar is van nagenoeg zeker de dader of van het onbekende dode slachtoffer van een misdrijf, maar waarmee geen overeenkomst werd verkregen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken, de DNA-databank Vermiste Personen of justitiële DNA-databanken van andere Europese landen.

Door het DNA van de onbekende persoon of het onbekende daderspoor te vergelijken met de DNA-profielen van personen in een genealogische DNA-databank, kunnen (verre) verwanten van deze persoon in beeld komen. Aan de hand van deze verwanten kan vervolgens door stamboomonderzoek de identiteit van de verdachte of het onbekende slachtoffer achterhaald worden.

In de Verenigde Staten leidde deze methode al tot een doorbraak in zo’n 550 cold cases. Ook in Europa zijn al de eerste successen geboekt: in Zweden werd hiermee een dubbele moordzaak uit 2004 opgelost en in Noorwegen onlangs een moordzaak uit 1999.

De pilot zal starten met twee geselecteerde zaken, waarin DNA-materiaal beschikbaar is van een nog onbekende verdachte of DNA van een slachtoffer van een misdrijf van wie politie en OM nog steeds de identiteit niet weten. Het OM en NFI willen met de pilot ervaringen opdoen met deze vorm van onderzoek.

Alles bij de bron; Beveiliging